Basic airtricks voor de cable
- 12 april 2019
We gaan in deze blog verder waar we de vorige keer gebleven zijn. Als je eenmaal de schansen, sliders en tricks op het water onder de knie hebt is het tijd voor airtricks/inverts. Je begint met de backroll. De backroll geeft het minste risico op blessures en is een goede basis voor de andere airtricks. De backroll is voor de meeste mensen makkelijker dan een raley dus is het aangeraden om de backroll als eerste airtrick te doen.
Backroll: voor een goede backroll moet er voldoende spanning op de lijn worden opgebouwd, net zoals bij alle airtricks. Stel je voor dat je aansnijdt om hard over de schans te gaan, zoveel spanning moet er opgebouwd worden. Airticks zijn het best uit te voeren vlak voor of na een bocht omdat de spanning van de kabel dicht bij de wielen van de baan het strakste is. Deze strakke spanning maakt het makkelijker om de lucht in te komen. Je weet nu waar je spanning moet opbouwen door aan te snijden, nu nog hoe.
(Het volgende stuk is bedoeld voor mensen die rechtsvoor (goofy) boarden op een links omdraaiende baan én mensen die linksvoor (regular) boarden op een rechts omdraaiende baan.)
Je gaat zoals normaal door de bocht maar zodra je door de bocht heen bent, stuur je een klein beetje naar binnen en daarna meteen weer naar buiten. Je maakt een ‘S’ in het water. Je stuurt naar binnen omdat je dan weer onder de kabel komt in plaats van te ver aan de buitenkant. Als je onder de kabel bent, kan je goed spanning opbouwen, als je al ver naar buiten vaart (hoe je uit de bocht komt) kan je niet meer veel extra spanning opbouwen. Je snijdt dus weer naar buiten. De ‘S’ maken en aansnijden duurt samen ongeveer 2 seconden dus het gebeurt best snel.
(Het volgende stuk is bedoeld voor mensen die rechtsvoor (goofy) boarden op een rechts omdraaiende baan én mensen die linksvoor (regular) boarden op een links omdraaiende baan.)
Je snijdt op je tenen aan naar de bocht en neemt de bocht redelijk ruim. Zorg dat terwijl je door de bocht heen gaat een beetje afremt, zodat je niet te ver naar de buitenkant beweegt. Zodra de snelheid/slinger van de bocht is verdwenen, snijd je naar binnen op je hakken en bouw je spanning op. Je komt onder de kabel door. Dan moet je ‘blocken’ of blokkeren. Door middel van blocken kom je de lucht in, je springt niet. Het doel van blocken is proberen je hakken plotseling hard in het water te duwen waardoor er nog meer spanning op de kabel ontstaat. Door deze gecreëerde spanning vlieg je weg. Blocken kan alleen als je je lijn dichtbij hebt. Je armen moeten dichtbij je heup zijn, met gestrekte armen kan je (bijna) niet blocken.
Een backroll is in principe een radslag naar achteren. Om te draaien moet je na het blocken je hoofd naar achteren gooien en over je voorste schouder naar achteren kijken. je voorste been probeer je over je hoofd heen te krijgen. Het is erg belangrijk dat je tijdens het blocken je lijn/hendel dicht bij je heup houdt. Je draait namelijk om je hendel heen, je kan je voorstellen dat het makkelijker is om daar omheen te draaien wanneer die dichtbij is.
Trek je hendel in de lucht nog een keer extra naar je heup zodat je weer goed op je board land. Land met licht gebogen benen om te voorkomen dat je je knieën blesseert.

Raley: wat voorafgaat aan de backroll en raley is bijna hetzelfde.
Bij de raley bouw je dus op dezelfde manier spanning op. Het verschil is dat je bij de raley veel meer spanning moet opbouwen. Je moet bij een raley namelijk veel hoogte hebben, anders heb je geen tijd om te trick uit te voeren. Het aansnijden gaat dus harder en het blocken eveneens. Bij de raley vlieg je als het ware door de lucht in een ‘superman-pose’ maar dan met twee armen naar voor. Houd tijdens het aansnijden je hendel dichtbij zodat het blocken makkelijker gaat. Direct na het blocken gooi je allebei je benen naar achteren en vlieg je omhoog achter je lijn aan.
Je hangt nu gestrekt in de lucht, je board is achter je. Om je board weer onder je te krijgen duw je je lijn naar beneden. Als je druk naar beneden uitoefent op je hendel, beweegt je bovenlichaam naar boven en komt je board dus naar beneden. Ga bij de landing altijd goed door je knieën voor een zachtere landing, dit om blessures te voorkomen.
Houd tijdens je tricks altijd je ogen open. Je moet kunnen zien wat je aan het doen bent. Je moet zien waar je gaat landen, hoe dichtbij het water al is en of je bewegingen goed zijn. Zoals al vaker genoemd staat veiligheid bovenaan. Zorg daarom dat je de juiste uitrusting draagt om de kans op blessures zo klein mogelijk te houden. Het is altijd verstandig om een wakeboard helm en een impact vest te dragen. Wil je snel en eenvoudig jouw nieuwe wakeboard gear, zoals een wetsuit kopen? Ga dan snel naar onze webshop!